dinsdag 28 december 2010

Lachen op de foto

Waarom is men gaan lachen op de foto? Op een schilderij lacht men immers ook niet. In de portretgeschiedenis laten de meeste portretschilders hun modellen ernstig kijken. Verre voorouders geven hoogstens een glimlach weg,

In de vroege fotografie is het niet anders. Voorouders kijken je ernstig aan, vanuit de jaren twintig en dertig. Ze staan naast een zuil, met een boek in de hand en kijken alsof hun leven ervan afhangt.
Een portretfoto is tot ver in de twintigste eeuw als een schilderij: je laat het nageslacht zien dat je karakter hebt, dat je een moreel evenwichtig mens bent; en die is ernstig.
Pas in de jaren vijftig verandert het ineens: lach naar het vogeltje, zo klonk het, laat zien dat je vrolijk bent, en laat die tanden zien, anders lijk je zo gesloten.

Wanneer de eerste lachende portretfoto is gemaakt? Moeilijk te zeggen. maar het feit is dat na de Tweede Wereldoorlog lachen op portretfoto's ineens de norm wordt. Uit de VS kwamen de lachende modellen op tijdschriftreclames, en de opvoedkundige plaatjes die het kerngezin als immer lachende hoeksteen van de samenleving tonen.

De portretlach is, met ander woorden, op hetzelfde moment opgekomen als Elvis, Superman en milkshakes. De portretlach weerspiegelt een nieuwe manier van hoe je herinnerd wilt worden door het nageslacht: niet waardig, deftig of karaktervol, maar vlot en onbezorgd. De lach op de pasfoto hoort bij de tijd dat ook bruinverbrand en spiermassa belangrijk zijn. Een goed mens is ineens een vrolijk, makkelijk en gezond mens.

Natuurlijk is het toeval, dat hij juist ny weer op het paspoort vedrwijnt. Maar wel veelbetekend: op het moment dat niemand nog wil aankomen met 'Amerikaanse waarden', wordt er ook niet meer gelachen op de identiteitskaart. Het is weer tijd voor ernst.

Het is voorbij; al die jaren waarin altijd gelachen moest worden. Jaren waarin fotografen zelfs flauwe grappen maakten om de onwilligen toch maar de mondhoeken op te laten trekken, en liefst de tanden te laten ontbloten.

Klik hier voor de eisen die aan de nieuwe pasfoto worden gesteld.

donderdag 23 december 2010

Tuinstra in boeken - 3

Surrogaten voor Murk Tuinstra

In Murk Tuinstra heeft Anton Wachter eindelijk de boezemvriend gevonden die hij zocht, al is de jongen dan soms een beetje te bangelijk naar zijn zin. Anton is dan ook geschokt als hij hoort dat Murk naar Amsterdam gaat verhuizen. En al zegt Murk dat ze kunnen schrijven en elkaar in de vakanties op kunnen zoeken, Anton voelt zich in de steek gelaten.

Om het gemis van Murk te compenseren, gaat Anton andere vrienden zoeken. De eerste is Willem de Weerd, maar deze heeft wat teveel vervelende en vieze trekjes naar Anton’s smaak. Hij blijft dan ook niet lang een surrogaat.
Anton’s nieuwe vriend wordt Dirk Touraine, het zoontje van de plaatselijke dokter. Dirk heeft vrij chique gewoontes qua spraak, maar blijft toch een echte jongetje. Maar ook deze vriendschap is slechts van korte duur. De moeder van Dirk zegt een keer iets tegen Anton wat verkeerd valt en ook Dirk zelf valt tegen.

In de vakantie merkt Anton weer dat zijn beste vriend toch Murk blijft en de rest van de jongens die hij kent surrogaten blijven. Toch blijft hij op zoek naar de perfecte surrogaat. Een nieuwe vriendschap zoekt Anton tussen de sporters. Hoewel Anton kort van adem is en niet erg sportief, heeft hij toch een grote belangstelling voor sport. Dit begint bij het bokspringen en kaatsen, later volgt het voetballen. Tussen deze sporters vindt Anton nieuwe surrogaten: Jelle Mol behoort hier ook toe. Jelle is een stevige jongen die goed kan rijmen en ook graag meedoet aan allerlei sporten. In eerste instantie lijkt Jelle aan Anton zijn kant te staan, maar al snel blijkt hij een vervelende treiteraar en stoot Anton hem af. Anton houdt zich nu een beetje oppervlakkig wat betreft vriendschappen en richt zich helemaal op de sport.
Hij voelt zich aangetrokken tot voetbal, maar wordt niet aangenomen door de plaatselijke voetbalclub van jan van Breedevoort: "Eendracht". Daarom besluit Anton om zelf maar een voetbalclub op te richten. Hij smeekt zijn ouders om een mooie voetbal en krijgt die ook. Voetbalclub "Excelsior" is geboren. De spelers die Anton aantrekt –waaronder ook Jelle Mol- blijken helaas niet in staat om een goed team te vormen. Gelukkig kondigt Jan van Breedevoort na een (voor Anton’s team) ongunstige wedstrijd aan zich met zijn team bij "Excelsior" te voegen. Anton leeft in euforie, hij heeft eindelijk bereikt wat hij wilde: hij is populair en geliefd bij alle jongens van zijn jaar. De euforie is niet van lange duur. Nog geen dag na de eenwording van "Eendracht" en "Excelsior" vertellen Anton zijn ouders hem dat hij niet meer mag voetballen. De dokter uit Amsterdam heeft hen verteld dat Anton’s gezondheid te zwak is om een dergelijke sport te beoefenen. Zo wordt Anton zijn droom verstoort door zijn eigen ouders. De voetbalclub, die afhangt van Anton zijn bal, wordt nu ook ontbonden. Anton zijn pas verworven prestige is dus volledig
verdwenen.

Nieuwe surrogaten zoekt Anton tussen de vechters. In Jules Salomon lijkt Anton een echte goede vriend te hebben gevonden. Jules is een Joodse jongen, tot dusver nog zonder vrienden, die toch vele aantrekkelijke kanten heeft.
Jules ontpopt zich al snel als een goede vechter en met hem naast zich lijkt Anton iedereen aan te kunnen. Van zijn ouders keert Anton zich steeds meer af, ze stellen hem teleur. Jules is bovendien erg ruw tegenover zijn moeder en zusje en dit gedrag neemt Anton over. Omdat Jules toch een ijverige student lijkt hebben de ouders van Anton niks tegen op de jongen. Anton zijn schoolresultaten gaan wel steeds verder achteruit, tot groot verdriet van zijn ouders.

Samen met Jules maakt Anton een paar vechtpartijen mee, zoals de "schooloorlog". Bij de laatste vechtpartij gaat het echter mis: Anton voelt geen drift en kan dus ook niet meevechten. Jules is hier kwaad over en wil Anton niet meer spreken.

Anton’s schoolresultaten gaan nog verder achteruit, van vijf onvoldoendes gaat hij naar zes onvoldoendes en hoewel het eerst iets beter lijkt te gaan blijft hij toch zitten. Met zijn eindrapport durft Anton niet naar huis en hij besluit wat door de stad te gaan zwerven. Er is net kermis in de stad.
Doelloos zwerft Anton wat rond. Het wordt al maar later en opeens neemt Anton een besluit: hij zal van huis weglopen en zich bij de kermis aansluiten. Niet lang na dit besluit ziet Anton Jules lopen. Hij wenkt hem en vertelt hem van zijn plannen. Jules had immers al eens eerder wegloopplannen gehad. Jules, allang niet meer boos, sluit zich bij Anton aan. Samen melden ze zich aan bij een kermisbaas, vastbesloten om een nieuw leven te gaan leiden. Wat ze niet weten is dat de kermisbaas de politie heeft gewaarschuwd. Niet veel later komt Anton’s vader zijn zoon ophalen.

Eenmaal thuis krijgt Anton meteen zijn straf, zij het op een beetje een vreemde manier. Anton’s vader heeft namelijk een longontsteking opgelopen, al dan niet van de kou die hij gevat heeft toen hij Anton zocht. Niet veel later overlijdt de man. Anton voelt zich erg schuldig en doet opeens erg hard zijn best op school. Zo hard dat hij in de zesde klas een soort vooropleiding van de HBS doet -de droom van Anton’s vader was om Anton op de HBS te krijgen-. Hoewel Anton dus eindelijk een "vlijtige leerling" wordt lijkt de jongen aan het einde van het boek alleen maar stilletjes en teneergeslagen, waarschijnlijk door het schuldgevoel dat hij heeft over de dood van zijn vader.

__


Deze roman van Simon vestdijk speelt zich af in Harlingen. Van onze familie is er ook een tak naar Harlingen gegaan. Er komt geen Murk in de familie voor.

I. Pieter Tuinstra is geboren op 24-02-1857 in Sneek, zoon van Anne Tuinstra en Nieske Dijkstra. Pieter is overleden op 25-04-1933 in Harlingen, 76 jaar oud.
Pieter trouwde, 26 jaar oud, op 27-05-1883 in Sneek met Grietje Groeneveld, 24 jaar oud. Grietje is geboren op 29-03-1859 in Sneek, dochter van Pieter Groeneveld en Antje Kuipers. Grietje is overleden op 05-04-1943 in Leeuwarden, 84 jaar oud.

Kinderen van Pieter en Grietje:
1. Pieter Tuinstra is geboren op 25-08-1884 in Harlingen, zoon van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Pieter is overleden op 27-03-1948 in Franeker, 63 jaar oud.
Pieter trouwde, 26 jaar oud, op 10-08-1911 in Harlingen met Reintje Rodenhuis, 25 jaar oud. Reintje is geboren op 07-02-1886 in Harlingen, dochter van Klaas Rodenhuis en Grietje Molenaar. Reintje is overleden op 25-05-1975 in Leeuwarden, 89 jaar oud.

2. Anna Tuinstra is geboren op 14-01-1886 in Harlingen, dochter van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Anna is overleden op 03-09-1960 in Den Haag, 74 jaar oud.
Anna trouwde, 25 jaar oud, op 08-05-1911 in Harlingen met Pieter de Roos, 23 jaar oud. Pieter is geboren op 26-12-1887 in Franeker, zoon van Auke de Roos en Aaltje van der Woude. Pieter is overleden op 19-10-1950 in Leeuwarden, 62 jaar oud.

3. Anne Tuinstra is geboren op 16-11-1887 in Harlingen, zoon van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Anne is overleden op 14-08-1965 in Wommels, 77 jaar oud.
Anne trouwde, 25 jaar oud, op 22-05-1913 in Harlingen met Gepke Schuil, 24 jaar oud. Gepke is geboren op 11-11-1888 in Harlingen, dochter van Jan Uilkes Schuil en Pietje Willems Holmans. Gepke is overleden op 04-11-1966 in Wommels, 77 jaar oud.

4. Sjoukje Janna Tuinstra is geboren op 27-10-1889 in Harlingen, dochter van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Sjoukje Janna is overleden op 31-03-1956 in Huizum, 66 jaar oud.
Sjoukje Janna trouwde, 26 jaar oud, op 11-11-1915 in Harlingen met Jacob Douma, 24 jaar oud. Jacob is geboren op 13-12-1890 in Dokkum, zoon van Pieter Douma en Ietje Rosier. Jacob is overleden op 02-01-1986 in Heerenveen, 95 jaar oud.

5. Uilke Tuinstra is geboren op 04-12-1892 in Harlingen, zoon van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Uilke is overleden op 21-05-1971 in Olst, 78 jaar oud.
Uilke:
(1) trouwde, 27 jaar oud, op 11-08-1920 in Wildervank met Anje Baas, 22 jaar oud. Anje is geboren op 11-08-1898 in Onstwedde, dochter van Jurrien Baas en Adriana Knevelbaard. Anje is overleden op 17-07-1956 in Winterswijk, 57 jaar oud.
(2) trouwde, 65 jaar oud, op 23-07-1958 in Winterswijk met Maria (Mies) Koelewijn, 51 jaar oud. Mies is geboren op 04-08-1906 in Bunschoten, dochter van Peter Koelewijn en Fenna Schuil. Mies is overleden op 23-01-2005 in Bunschoten, 98 jaar oud.

6. Niesje Tuinstra is geboren op 17-07-1896 in Harlingen, dochter van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Van de geboorte is aangifte gedaan op 18-07-1896. Niesje is overleden op 05-05-1977 in Delft, 80 jaar oud. Niesje trouwde, 25 jaar oud, op 15-08-1921 in Harlingen met Jacob Poort, 26 jaar oud. Jacob is geboren op 18-05-1895 in Harlingen, zoon van Jan Poort en Froukje Duman. Jacob is overleden op 28-10-1941 in Leeuwarden, 46 jaar oud.

7. Jan Tuinstra is geboren op 22-01-1900 in Harlingen, zoon van Pieter Tuinstra en Grietje Groeneveld. Jan is overleden op 06-08-1986 in Terwispel, 86 jaar oud.
Jan trouwde, 23 jaar oud, op 23-08-1923 in Harlingen met Henderika Sjoerdtje Rinske (Rie) Wijnia, 22 jaar oud. Rie is geboren op 07-01-1901 in Bolsward, dochter van Jan Wijnia en Elsje Willems. Rie is overleden op 14-07-1992 in Bergum, 91 jaar oud.

vrijdag 10 december 2010

Uilke Hylkes

Uilke Hylkes is geboren in 1690 als zoon van Hylcke Hiddes en Renck Lolckes. Uilke Hylkes is overleden in 1762 in Oosthem, 72 jaar oud.
Uilke Hylkes trouwde, 30 jaar oud, in 1720 met Antje Hilles, 30 jaar oud, geboren in 1690 als dochter van Hille Taconides en Bauck Ulbes Foekema. Antje Hilles is overleden in 1762 in Abbega , 72 jaar oud.

Kinderen van Uilke Hylkes en Antje Hilles:
1. Baukjen Uilkes is gedoopt op 11-07-1723 in Abbega. Baukjen Uilkes is overleden in 1735, 12 jaar oud.
2. Taeke Uilkes is geboren in 1724 in Oosthem. Hij is gedoopt op 22 oktober 1724 in de Nederlands-Hervormde Kerk in Oosthem. Taeke Uilkes is overleden op 19 juli 1798 in Sneek, 73 jaar oud.
3. Lolcke Uilkes is gedoopt op 09-02-1727 in Abbega. Lolcke Uilkes is overleden na 1749.
4. Fedde Uilkes is gedoopt op 06-11-1729 in Oosthem. Fedde Uilkes is overleden na 1749.
5. Ulbe Uilkes is geboren in 1732 in Oosthem. Hij is gedoopt op 01 juni 1732 in Oosthem. Ulbe Uilkes is overleden na 1765.
6. Baukjen Uilkes is geboren in 1735 in Abbega. Zij is gedoopt op 30-01-1735 in Abbega. Baukjen Uilkes is overleden in 1801, 66 jaar oud.



Uit de quotisatiegegevens van 1749 blijkt dat Uilke Hylkes in Oosthem woont. Zijn beroep is “gemene boer”, d.w.z. dat hij het land moest delen met anderen, of hij behoorde tot de lagere volksklasse.
Het gezin bestaat uit 5 kinderen ouder dan 12 jaar. Het gezin werd aangeslagen tot het aantal van 30 caroliguldens.
Het geldstelsel uit die tijd leek sterk op het stelsel dat tot voor kort in Engeland in gebruik was. Men rekende in guldens, stuivers en penningen. Een stuiver had de waarde van zestien penningen, terwijl de caroligulden - genoemd naar Karel V – 20 stuivers waard was.


Taeke Uilkes is geboren in 1724 in Oosthem als zoon van Uilke Hylkes en Antje Hilles. Hij is gedoopt op 22 oktober 1724 in de Hervormde Kerk van Oosthem.

Taeke is de eerste persoon in de familie waarvan de nakomelingen de naam Tuinstra dragen.


Het merkwaardige feit doet zich voor dat niet alle kinderen van Uilke Hylkes en Antje Hilles dezelfde achternaam kiezen. De nakomelingen van Ulbe Uilkes kiezen voor de naam Wiersma. Dit is dezelfde achternaam als die van de man van Baukjen Uilkes. Zij is namelijk getrouwd met Pieter Rienks Wiersma.

dinsdag 28 september 2010

Steven Tuinstra


In de Tubantia van donderdag 12 december 1968 stond het volgende trieste bericht.

Twee auto's in de sloot
Dode bij autobotsing op de Haaksbergerstraat


Enschede - Op de kruising Haaksbergerstraat-Ferdinand Bolstraat-Helmerzijde zijn vanmorgen twee personenauto's na een botsing in de sloot beland, waarbij een van de bestuurders, de 52-jarige heer S. Tuinstra uit Enschede, dusdanig gewond werd dat hij enkele uren later in het ziekenhuis Ziekenzorg overleed.
De toedracht van dit ongeluk was vanmiddag nog niet geheel duidelijk. Een personenauto kwam enkele minuten voor 10 uit de langs de stadsrand lopende Ferdinand Bolstraat op (een voorrangsweg), waar op dat moment een tweede personenauto passeerde.
Met een hevige klap botsten beide wagens tegen elkaar. De bestuurders verloren de macht over het stuur, hun wagens slingerden over de verkeersweg, reden over het fietspad en belandden in de langs de weg lopende sloot.
Beide bestuurders werden ernstig gewond. Een van hen, de heer Tuinstra, overleed naderhand in het ziekenhuis Ziekenzorg. Daar werd ook de andere bestuurder, de heer B.J.A. verbonden. De politie verzoekt eventuele getuigen van het ongeluk zich met haar in verbinding te stellen.

Verborgen verleden

Zondag 26 september was de eerste aflevering van 'Verborgen verleden'. De serie is gebaseerd op de populaire BBC-serie 'Who do you think you are'. In deze aflevering kwam Monique van de Ven aan het woord. Zij was op zoek naar het leven van haar vader, die zij al op 5-jarige leeftijd verloor.

Mijn interesse in genealogie is ook ontstaan door het feit dat mijn opa overleed aan de gevolgen van een auto-ongeluk toen ik drie jaar was. Ik weet dus bijna niets van mijn opa.

Het uitgangspunt van mijn stamboomonderzoek was mijn overgrootvader Uilke Tuinstra die op 13 april in Friesland was geboren. Meer gegevens had ik niet.
Gelukkig begon Tresoar toen met het online zetten van geboorte-, huwelijks- en overlijdensakten.
Zo kom je er achter dat Uilke Tuinstra is geboren op 13 april 1894 in Sneek als zoon van Steven Tuinstra en Berber Schuil.

De ouders weet ik nu en ik ga van hieruit verder zoeken en zie dat enkele kinderen op jonge leeftijd overlijden. Hoewel ik ze niet ken krijg ik toch een brok in mijn keel.

Dit zag ik ook terug bij Monique van de Ven. Zij ziet dat haar grootouders in totaal 6 kinderen op zeer jonge leeftijd verliezen. Ook haar zie je slikken en een bedroefde blik krijgen.
__

Een stukje stamboom

Steven Tuinstra is geboren op 07-05-1853 in Sneek als zoon van Anne Tuinstra en Nieske Dijkstra. Steven is overleden op 10-04-1928 in Enschede, 74 jaar oud.
Steven trouwde, 25 jaar oud, op 09-06-1878 in Sneek met Berber Schuil, 26 jaar oud, geboren op 18-10-1851 in Sneek als dochter van Paulus Schuil en Eeke Modderman. Berber is overleden op 06-01-1921 in Enschede, 69 jaar oud.

Andere kinderen van Berber Schuil (niet uit bovenstaande relatie):
1. Willem Schuil is geboren op 14-03-1871 in Sneek. Willem is overleden op 24-02-1872 in Sneek, 0 jaar oud.
2. Trijntje Schuil is geboren op 15-12-1873 in Sneek. Trijntje is overleden op 07-05-1875 in Sneek, 1 jaar oud.

Kinderen van Steven Tuinstra en Berber Schuil:
1. Nieske Tuinstra is geboren op 17-07-1879 in Sneek. Nieske is overleden op 03-02-1947 in Zandvoort, 67 jaar oud.
2. Eeke Tuinstra is geboren op 21-11-1880 in Sneek. Eeke is overleden op 07-08-1882 in Sneek, 1 jaar oud.
3. Anne Tuinstra is geboren op 29-09-1882 in Sneek. Anne is overleden op 16-11-1888 in Sneek, 6 jaar oud.
4. Paulus Tuinstra is geboren op 20-02-1884 in Sneek. Paulus is overleden op 25-08-1952 in Hilversum, 68 jaar oud.
5. Makke Tuinstra is geboren op 19-07-1885 in Sneek. Makke is overleden op 09-05-1939 in Zutphen, 53 jaar oud.
6. Tuinstra (v.), levenloos geboren op 08-11-1886 in Sneek.
7. Willem Tuinstra is geboren op 27-09-1887 in Sneek. Willem is overleden op 19-07-1944 in Enschede, 56 jaar oud.
8. Anne Tuinstra is geboren op 17-08-1889 in Sneek. Anne is overleden op 17-07-1967 in Haaksbergen, 77 jaar oud.
9. Pieter Tuinstra is geboren op 13-01-1891 in Sneek. Pieter is overleden op 15-05-1891 in Sneek, 0 jaar oud.
10. Eeke Tuinstra is geboren op 29-01-1892 in Sneek. Eeke is overleden op 23-08-1892 in Sneek, 0 jaar oud.
11. Uilke Tuinstra is geboren op 11-04-1894 in Sneek. Uilke is overleden op 15-06-1961 in Enschede, 67 jaar oud. Hij is begraven op 20-06-1961 in Enschede.

zondag 22 augustus 2010

Tuinstra in boeken - 2

De voetreis naar Sneek

In de zomer van 1908 maakt onderwijzer Cor Bruijn met zijn vrouw en acht leerlingen een voettocht naar Sneek. Startpunt is het Noord-Hollandse Laren, waar hij leiding geeft aan de Humanitaire School, sinds 1903 gevestigd in de villa van prof. Jacob van Rees. Deze had een kolonie gesticht waar men op christelijk-Tolstojaanse wijze invulling aan het leven gaf: men was strikt vegetarisch, rookte en dronk niet, was pacifistisch en kwam op voor de rechten van de vrouw.

Leren in de praktijk en zelfontplooiing stonden hoog aangeschreven. Onlangs vond Margreet Bruijn een manuscript waarin haar vader een reis beschreef die haar ouders van 20 tot 26 juli 1908 met acht leerlingen, grotendeels te voet, naar Sneek maakten: een aanschouwelijke les in diverse schoolvakken. In boerderij, oliemolen, beschuitfabriek en pottenbakkerij keken ze hun ogen uit; uithangborden en gevelstenen leidden tot historische informatie. Slapen in het hooi en vaartochten droegen bij tot het avontuur. Dat Bruijn zichzelf en zijn vrouw meneer en mevrouw De Jong noemt en dat hij kinderen soms een andere naam geeft, toont dat het niet om een letterlijk verslag gaat. Het is een warm boek dat ons binnenvoert in een voorbije wereld van ambachten, traag verkeer en grote regionale verschillen. Een der leerlingen maakte er bewonderenswaardige tekeningen bij.

In hoofdstuk VI maken we kennis met schipper Tuinstra die de kinderen meeneemt op een zeiltocht over het Sneekermeer.

Of Tuinstra familie is is niet duidelijk, of het zijn echte naam is, is ook niet duidelijk. Maar er komen wel schippers in onze familie voor, dus wie weet?

zaterdag 14 augustus 2010

Friese voornamen

Er is geen provincie in Nederland die zo duidelijk de regionale identiteit in de naamgeving toont als Friesland. In het verleden waren de regionale namen – net als elders – nadrukkelijker aanwezig dan tegenwoordig. Gedurende de periode 1800-1922 droeg ongeveer de helft van de Friezen een Friese naam. En dan gaat het om de officiële namen, want in het dagelijks leven zullen Friezen voor namen als Antje, Pieter, Trijntje en Klaas vaak Friese vormen hebben gebruikt. Kortom, de Friese namen waren vroeger dominant in Friesland. Dat is nu anders, maar toch is aan de hedendaagse top-20 nog steeds te zien dat de lijst bij Friesland hoort. Bij de andere provincies is niet zo duidelijk te zien dat de lijst typisch bij die ene provincie hoort.

In 2009 bestaat de Friese top-10 van voornamen uit de volgende namen: Femke, Nynke, Renske, Fenna, Silke, Hester, Aafke, Marrit, Dieuwertje en Rinske.
De top-10 van jongensnamen is: Jelle, Jesse, Sjoerd, Wessel, Jelmer, Hidde, Jorrit, Sietse, Wietse en Siebe.

Met de meeste van deze namen profileert de provincie zich als Fries, hoewel deze namen ook landelijk veel gegeven worden. Overigens halen alleen Femke en Jesse de landelijke top-20. De traditionele naamgeving zien we terug in Jan, Hendrik, Johannes en Pieter. Wat we niet zien, zijn de namen die elders hoog scoren, zoals Fleur, Britt, Julia, Lotte, Emma en Amber bij meisjes en Max, Bram en Tom bij jongens.

Overigens is het begrip ‘Friese naam’ niet zo eenduidig, want niet alleen kenmerken van de Friese taal bepalen of een naam Fries is, ook het voorkomen is een criterium. Als een naam van ousher vrijwel uitsluitend in Friesland gegeven wordt, is er reden om de naam Fries te noemen. In het algemeen zijn Friese namen sterke verkortingen van Germaanse namen, bijvoorbeeld Sjoukje uit Sigward en Ruurd uit Redward. Een kleiner deel bestaat uit Friese vormen van (uitheemse) heiligennamen als Nynke (uit Catharina), Marrit (uit Maria), Berber (uit Barbara) en Pier (uit Petrus). Een ander kenmerk van Friese namen is het gebruik van uitgangen als –ske en kje bij meisjesnamen en –e, -ke, -k, -se en –ze bij jongensnamen. Vooral het gebruik van de verkleiningsuitgang bij jongensnamen is opvallend en karakteristiek.
Typisch Friese meisjesnamen die in de familie Tuinstra voorkomen zijn: Akke, Antje, Atje, Attje, Baukje, Eeke, Geeske, Hiltje, Hinke, Hylkje, Itje, Jeltje, Jetske, Jikke, Klaaske, Nieske, Oeke, Pietje, Sibbeltje, Sjoukje, Sjouwkje, Tetje, Trijntje, Wypkjen, Ymkje, Ytje en Yttje.
Typisch Friese jongensnamen die in de familie Tuinstra voorkomen zijn: Aitze, Anne, Atze, Douwe, Durk, Harmen, Hille, Hylke, Jelte, Jetse, Jetze, Siebolt, Sietze, Sjouke, Sybren, Symon, Sytze, Taede, Taeke, Teeke, Uilke, Uiltje, Wypke en Ymke.

Alhoewel er nog steeds Friese namen gegeven worden, verdwijnen er ook. Deze namen kwamen vroeger wel voor in onze familie maar worden tegenwoordig nauwelijks meer aan kinderen gegeven: Hylkjen, Sjouwkje, Uiltje

Er zijn verschillende Friese namen die landelijk populariteit hebben verworven. De tien populairste meisjesnamen zijn: Femke, Nienke, Renske, Fenna, Silke, Hester, Aafke, Marrit, Dieuwertje en Rinske. De tien populairste jongensnamen zijn: Jelle, Jesse, Sjoerd, Wessel, Jelmer, Hidde, Jorrit, Sietse, Wietse en Siebe.
De meeste namen kunnen qua voorkomen niet meer als karakteristiek voor Friesland worden beschouwd omdat ze elders zo vaak gegeven worden. In het algemeen is voor meisjesnamen de verkleiningsuitgang
–(t)je (bij namen als Aagje, Marijtje, Pietertje) in de ban gedaan, maar de verkleiningsuitgang –ke blijkt geen bezwaar te zijn, gezien Femke, Nienke en Renske. Omdat ook elders in het land de uitgang –ke gebruikt wordt, kunnen sommige van deze namen ook een niet-Friese achtergrond hebben. Zo is Renske in Friesland en Groningen een vrouwelijke vorm van Rein, maar in het zuiden kan het een verkorting uit Emerentia of Laurentia zijn. Het populaire Maaike wordt door ouders vaak in combinatie gekozen met een Friese naam voor de andere kinderen, maar is zelf niet specifiek Fries. Hij komt van oudsher namelijk ook in bijvoorbeeld Zuid-Holland voor. Hester kan zowel van Friese oorsprong zijn (uit Hedser) als een variant van Esther.

Uilke Tuinstra

Uilke Tuinstra is geboren op 30 augustus 1915 in Sneek als zoon van Sijtze Tuinstra en Elizabeth Brandsma.
Zijn schooltijd ligt in Hardegarijp. Na twee jaar ULO stapte hij over naar de Rijkskweekschool in Leeuwarden. Het onderwijzerschap bracht hem niet direct werk. Hij kreeg in 1937 een aanstelling bij de Provinciale Bibliotheek Friesland. Hij volgde nog een studie Nederlands.

Hij was van 1943 tot 1979 schoolmeester aan de openbare school in Dokkum. In die tijd maakte hij verscheidene composities voor een accordeonorkest en voor kinderliedjes.
Vanf 1983 publiceerde hij regelmatig Fries en Nederlandse gedichten in de Dokkumer Krante en de Lyrische Courant, Friese gedichten op de Skriuwerskalinder, voor Operaesje Fers en in het tijdschrift De Strikel. In 1990 won hij de Rely Jorritsmaprijs met zijn gedicht 'Antoine Watteau lêste omgong'.

Naast dichter was Tuinstra ook de componist van een aantal musettewalsen.
Hij debuteerde pas in februari 2007 met de tweetalige dichtbundel Bylden. Dat was een uitgave van het Humanistisch Verbond.

Uilke Tuinstra is op 91-jarige leeftijd overleden op zondag 8 april 2007 in Leeuwarden. Hij werd op vrijdag 13 april 2007 in besloten kring gecremeerd in Goutum.

woensdag 4 augustus 2010

Het Metalen Kruis


Het Metalen Kruis 1830-1831 is een Nederlandse onderscheiding die in 1831 werd toegekend aan zij die aan de Tiendaagse Veldtocht hadden deelgenomen. Het Metalen Kruis staat ook wel bekend als het Hasseltkruis. Het werd ingesteld door Koning Willem I bij Koninklijk Besluit no. 70 van 12 september 1831 en uitgereikt aan allen die in het leger of de Koninklijke Marine aan de krijgsverrichtingen in de jaren 1830 en 1831 hebben deelgenomen.

Het Metalen Kruis is een vierarmig bronzen kruis met een breedte van 29 millimeter. De voorzijde vertoont de gekroonde "W" in een krans bestaande uit een tak van eikenbladeren (links) en een tak van laurierbladen (rechts). De keerzijde heeft dezelfde krans, waarbinnen de jaartallen "1830-1831" gegraveerd zijn. Op de armen van het kruis is de tekst "TROUW AAN / KONING / EN / VADERLAND" te lezen. Het lint is verdeeld in zes gelijke banen nassaublauw en oranje, beginnend aan de linkerzijde met een blauwe baan.

Er zijn vele duizenden metalen kruisen uitgereikt; de onderscheiding is daarom niet bijzonder kostbaar. De toekenning schijnt nogal met de nodige soepelheid gepaard te zijn gegaan. Zo bleek niet doorslaggevend of de voorgedragen militair ook daadwerkelijk aan de Tiendaagse Veldtocht had deelgenomen.

Het brons voor het kruis werd gehaald uit een tweetal veroverde kanonnen die buit waren genomen tijdens de Slag om Hasselt, een Nederlandse overwinning op 8 augustus 1831.

De Tiendaagse Veldtocht van 2 tot 12 augustus 1831 was een veldtocht van koning Willem I der Nederlanden om de Belgische Opstand met wapengeweld te onderdrukken. Hoewel die opzet slaagde, verkreeg België haar soevereiniteit door de dreiging van Franse militaire steun.

In onze familie zijn twee mannen die deze onderscheiding hebben gekregen:
Ymke Tuinstra (geb. Sneek 30.04.1800), zoon van Douwe Tuinstra en Antje Stevens dienende in 1e afd., 1e bat., 5e comp.; heeft aanspraak op het Metalen Kruis wegens de eerste dagen van augustus 1831
en:
Jetze Tuinstra (geb. Sneek 01.01.1803), zoon van Taeke en Jitske Hoefnagel, dienende als vrijwilliger, 1e afd., 1e bat., 5e comp.

Tuinstra in boeken - 1

De Kameleon gooit het roer om
Deel 53, 1982

De -disfunctionele- familie Tuinstra verschijnt in het dorp. De moeder (Toos Tuinstra), kennelijk een feministisch typ, lijkt haar twee kinderen te verwaarlozen. Haar man (Steven Tuinstra) echter is hardwerkend. Daartegenover schetst de Roos -nadrukkelijk- het stabiele/gelukkige gezinsleven van de familie Klinkhamer en Gerben.

Geeft de Roos een aanklacht tegen de moderne maatschappij van de jaren 80?
Toen werd scheiden wat meer gewoon. Vrouwen wilden de 'vrijheid' en geen 'huissloof' meer zijn. Leek deze ontwikkeling hem maar niks en begreep hij er niet veel van? Wanneer je trouwde was je toch verantwoordelijk voor elkaar en je gezin? Maar in de jaren 80 kwam het individualisme op.

H. de Roos zal dat wel uitgelegd hebben als 'egoïsme'. Veel sympathie voor mevrouw Tuinstra (het 'feminisme'?) heeft hij duidelijk niet.

Het boek lijkt snel en routineus geschreven. Net zoals in de moderne maatschappij gaat alles in de Kameleon ook sneller. Aldus moeten er meer voorvallen plaatsvinden wil men 't boek vol krijgen.
En uiteraard loopt het goed af met de Tuinstra's; de vader opent een winkeltje en verkoopt er de klein meubels uit het magazijn van meneer Loots. Mevrouw Tuinstra laat zich scheiden om zo haar vrijheid te herwinnen. Mevrouw Rozemeier wordt de voogd van Mitsie en Frits Tuinstra.



De Kameleon gooit het roer om
Deel 53
9e druk

Niet alleen de tekst is geheel herschreven maar ook het verhaal verschilt veel van de originele versie. In het oorspronkelijke boek b.v. gaat de vader van Mitsie en Frits later een winkel met kleinmeubels beheren. In deze versie wordt de winkel een galerie. Het probleem, een -op handen zijnde- scheiding, dat in dit deel behandeld wordt, leent zich wel voor een 'hertaling' omdat het past bij deze maatschappij.
In tegenstelling tot H. de Roos is voor de 'hertaler' (opgegroeid in de hedendaagse samenleving) scheiden geen onbekend verschijnsel. Terwijl de Roos, al schrijvende, z'n hoofd schudt over dergelijke ontwikkelingen.
In een poging het feminisme te begrijpen (of juist te bekritiseren) voert hij mevrouw Tuinstra ten tonele.
In deze versie is Sonja Tuinstra een a-sociaal typ die er een buitenechtelijke relatie opnahoudt. Ze ligt halve dagen in bed en is alleen met zichzelf bezig.

Op blz. 73 geeft de hertaler een verklaring voor Sonja Tuinstra's a-sociale gedrag door Chantel te laten zeggen: "Dat zie je vaak, hé ? Als je weinig liefde hebt gekregen kun je later weinig liefde geven.."
H. de Roos suggereert in zijn verhaal juist een potentiële -nieuwe- moeder voor Freddy en Mitsie, in de vorm van mevrouw Rozemeier.
In deze versie is weinig ontzag voor elkaar: er wordt op gelijkwaardig niveau met elkaar gecommuniceerd. Klinkhamer verwacht nog wel enig respect van z'n zoon! Zo lezen we op blz. 9 van de oude versie: "M'n vader" antwoordde Sietse "Je weet wel, Evert Klinkhamer.."
Klinkhamer reageert daarop met: "Hé, hé, een beetje meer respect voor je vader, hè?"...
In H. de Roos' jeugd was het kennelijk niet gebruikelijk om je ouders bij de voornaam te noemen...

Conclusie..? : Deze 'hertaling' is niet zomaar een bewerking, maar een compleet ander verhaal...

vrijdag 30 juli 2010

De betekenis van de naam Tuinstra

De –stra-namen omvatten in hoofdzaak topografische begrippen of aardrijkskundige namen. –stra betekent in Friese namen dan ook in de regel: afkomstig van…; of behorende bij… Het achtervoegsel –stra is Oudfries en later omgevormd tot ster.

Hoewel –ster nog steeds fungeert bij plaatsnaamafleidingen, werd –stra in achternamen door het in onbruik raken van de –a-verbuiging in het Fries niet meer als zodanig begrepen. Toch werden er bij de massale naamsaanneming in 1811 nog veel familienamen mee gevormd.

Een opmerkelijke factor in de structuur van –stra-namen is dat hier in vrijwel alle namen slechts één lettergreep voorafgaat. Om aan deze ongeschreven taalregel te voldoen is gezocht naar eenlettergrepige woorden of zijn woorden, in het bijzonder toponiemen, verkort, vaak door weglating van het eerste lid. Een gevolg hiervan is dat er een aantal zeer frequente –stra-namen zijn, waarvan niet alle dragers familie van elkaar zijn.

Tuinstra betekent dus: afkomstig van de tuin, of behorende bij de tuin.

Een mogelijkheid is dat de naamgever aan de zuidkant van de stad Sneek woonde. In 1809-1810 is er in Sneek op een voormalige blekerij een bos, eigenlijk een stadspark aangelegd in Engelse landschapsstijl. Sneek had daarmee het tweede stadspark van Friesland.

Tegenwoordig heet dit de Boschbuurt. Het Bosch werd in 1843 doorsneden door de als zandweg aangelegde Lemmerweg (die in 1865 een grindweg werd). In het begin van de 20e eeuw was de Lemmerweg nog een weg met bomen, wat boerderijen en een tolhek, een paar arbeidershuisjes met appelhoven en een woonwagenkamp met alles erop en eraan. Toen kwam er steeds meer particuliere bebouwing tot stand en er restte niet veel meer van het bospark, zodat de gemeente besloot het overblijvende gedeelte te bestemmen voor woningbouw.

Het zou ook kunnen dat de naamgever heeft gewoond op de plaats waar in de 16e en 17e eeuw de tuinen van de adellijke familie Frittema hebben gelegen. Dit is nu de parkeerplaats van het ziekenhuis.

Een andere mogelijkheid is dat het een beroepsnaam is. In dit geval betekent het dat een van de voorouders hovenier, gardenier of tuinder is geweest.

Het is goed te beseffen dat iedereen met de achternaam Tuinstra niet allemaal familie van elkaar zijn, ook al komen ze uit dezelfde plaats of gemeente.

woensdag 28 juli 2010

Tuinstra's zitten goed, Tuinsma's fout

Foei Tuinsma's, applaus voor de Tuinstra's! De samenstelling van de eerste familienaam is eigenlijk onjuist, de tweede naam klopt. De typische Friese uitgangen -sma en -stra werden in een grijs verleden namelijk niet zomaar gebruikt.
De uitgang -sma hoort eigenlijk alleen te volgen op een voornaam. Jansma is dus correct. Terwijl de uitgang -stra van oudsher volgt op een plaats. Tuinstra en Dijkstra zijn goede voorbeelden.
En toen kwam Napoleon. In 1810 werd Koninkrijk Holland door het Franse keizerrijk ingelijfd. Franse wetten gingen hier ook gelden, waaronder de regels voor de burgerlijke stand. In 1811 en 1812 moest iedereen een familienaam aannemen of bevestigen dat je er al een had. Dat laatste kon dus ook.
We hebben onze achternamen echt niet allemaal aan Napoleon te danken. Dat hoor je altijd, maar dat is een mythe. Veel namen werden daarvoor ook al gebruikt. Nu werden ze echt vastgelegd.
Het verhaal blijft vooral levend omdat het een heldhaftig element bevat. De mensen probeerden Napoleons regels te bespotten door een rare familienaam aan te nemen, zoals Naaktgeboren of Poepjes.
Voor Napoleon had men op het dunbevolkte platteland genoeg aan het zogeheten patroniemensysteem. Zo ook in Friesland. Een familienaam was in Friesland niet nodig. In kleine kring kende men elkaar bij een voornaam plus patroniem. Soms werd nog de naam toegevoegd van de boerderij die iemand bewoonde.
Een patroniem is een "achternaam" die is afgeleid van de voornaam van de vader. Douwe Egberts bijvoorbeeld, Douwe de zoon van Egbert. Egberts was generatiegebonden. De zoon van Douwe werd immers weer naar Douwe vernoemd. In grote steden, zoals Leeuwarden, hadden veel mensen al we een "echte" achternaam.
Schandalig is de variant Tuinsma trouwens niet. Zo hoort het eigenlijk niet, maar het is niet erg. Het is wel meteen duidelijk dat zo'n naam van na 1811 is, toen er compleet nieuwe namen ontstonden.



Op deze kaart staat aantal naamdragers per gemeente in 2007.

Hoe donkerder de kleur hoe meer mensen met de naam Tuinstra. In 2007 waren er 1502 mensen in Nederland met als achternaam Tuinstra.





Op deze kaart staat aantal naamdragers per gemeente in 2007.

Hoe donkerder de kleur hoe meer mensen met de naam Tuinsma. In 2007 waren er 46 mensen in Nederland met als achternaam Tuinsma.